Beperking van vrijheid in open jeugdhulp
Verplicht op je kamer blijven, cameratoezicht, je smartphone niet mogen gebruiken, de buitendeur op slot. Of vastgepakt en vastgehouden worden, controle van je urine. Het mag allemaal niet zomaar in de open jeugdhulp. Toch gebeurt het bij instellingen waar kinderen en jongeren verblijven die jeugdhulp krijgen. In gezinshuizen, logeeropvang, zorgboerderijen en tijdens dagbesteding of dagbehandeling. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) vindt dat wetswijzigingen nodig zijn om af en toe beperking van vrijheid wel mogelijk te maken. Maar alleen als dat in het belang van de kinderen en de jongeren is.
Dat schrijven de inspectie en het AKJ - vertrouwenspersonen in de jeugdzorg, aan het ministerie van VWS en de jeugdhulpinstellingen.
Geen wettelijke basis in open jeugdhulp
In de open jeugdhulp is er nu vrijwel nooit een wettelijke basis voor maatregelen die de vrijheid van kinderen of jongeren beperken, ook niet onder het mom van ‘huisregels’. Toch gebeurt het.
- Soms omdat professionals niet goed weten wat wel en geen vrijheidsbeperking is, wat wel en niet mag.
- Soms omdat er geen passende hulp beschikbaar is en zorgverleners geen andere optie zien dan overgaan tot vrijheidsbeperkende maatregelen.
- En soms omdat een kind of jongere gebaat is bij een beperking van de vrijheid. Bijvoorbeeld voor de eigen veiligheid, tegen bedreigingen van buitenaf.
Maar behalve in noodsituaties is het wettelijk nu vrijwel nooit toegestaan. Na wetswijziging zouden er meer mogelijkheden kunnen komen. Die moeten wel in het belang van de kinderen en jongeren zijn.
Wel wettelijke basis in gesloten jeugdhulp of onder speciale wetten
In de gesloten jeugdhulp en onder de Wet verplichte ggz en de Wet zorg en dwang is er wel een wettelijke basis voor dwang of het beperken van vrijheid. Dan zijn kinderen of jongeren ergens gedwongen geplaatst na een uitspraak van een kinderrechter. Of ze krijgen behandeling onder de wetten die beperkingen of dwang mogelijk maken. Beperkingen in hun vrijheid kunnen dan soms passen bij hun zorg en behandeling. Maar ook dan alleen per kind of jongere. Na een goede afweging of het echt nodig is. Want maatregelen die hun vrijheid beperken kunnen schadelijk zijn voor kinderen en jongeren. Het kan ze een onveilig gevoel geven en tot nog meer problemen in hun gedrag leiden. Ook bij groepsgenoten of medebewoners die er bij zijn.
Hoe vaak komt het voor?
De inspectie had de afgelopen vijf jaar na inspectiebezoeken minstens 37 keer opmerkingen over onterechte beperkingen van de vrijheid van kinderen of jongeren in de jeugdhulp. De jeugdhulpaanbieders moesten die beperkingen opheffen of veranderen. Maar de inspectie is er niet altijd en overal. Waarschijnlijk komt het vaker voor dat er onnodig vrijheidsbeperkingen zijn.
Vertrouwenspersonen van het AKJ hebben vorig jaar 60 klachten besproken met kinderen en jongeren of hun (pleeg)ouders over beperkingen van hun vrijheid. Daarna gaf het AKJ 43 keer een signaal af aan de jeugdhulpinstelling. Die signalen gingen over het mogelijk verkeerd gebruik van maatregelen.
Aanbevelingen
De inspectie heeft drie adviezen.
- Meer duidelijkheid door betere voorlichting
Betere voorlichting aan zorgverleners in de jeugdhulp over wat er wel en niet mag. En waar het verschil ligt tussen normale huisregels en opvoedingsregels aan de ene kant, en het beperken van de vrijheid van kinderen en jongeren aan de andere kant. Ook kinderen, jongeren en hun ouders moeten beter te horen krijgen wat er wel en niet mag. - Meer aandacht voor inkoop van passende hulp
Voldoende inkoop van passende jeugdhulp door gemeenten. Zij moeten weten wat de gaten en problemen zijn in het aanbod aan jeugdhulp. Zo kunnen zij ervoor zorgen dat kinderen en jongeren terecht komen bij jeugdhulp die bij hen past. Dan komen ze niet terecht in situaties waarin de professionals geen andere optie zien dan overgaan tot vrijheidsbeperkende maatregelen. - Onderzoek naar wetswijziging
De inspectie beveelt aan dat het ministerie van VWS kijkt naar de wetten die gaan over de jeugdhulp en gedwongen zorg. Als dat in het belang is van de kinderen en de jongeren, is het soms nodig om wel vrijheidsbeperking mogelijk te maken. Wetten die een rol spelen zijn de Jeugdwet, de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, de Wet zorg en dwang en de Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst.