Vragen en antwoorden over de hospital exemption voor ATMP’s
De aanvraag voor toestemming voor de bereiding van een ATMP op grond van een hospital exemption wordt ingediend door of namens de directie van een farmaceutisch bedrijf of door de raad van bestuur van een ziekenhuis. De indiener/-contactpersoon moet werkzaam zijn bij de organisatie waarvoor de hospital exemption moet gelden.
Voor Nederland is in de Geneesmiddelenwet (artikel 40.3.d) omschreven voor welke ATMPs een hospital exemption van toepassing kan zijn: “geneesmiddelen voor geavanceerde therapie die met toestemming van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd worden bereid volgens een recept voor een op bestelling gemaakt geneesmiddel dat voor een bepaalde patiënt op niet routinematige basis volgens specifieke kwaliteitsnormen en binnen dezelfde lidstaat in een ziekenhuis wordt gebruikt onder de exclusieve professionele verantwoordelijkheid van een arts”.
Dit kunt u voorleggen aan de Committee for advanced therapy medicinal products (CAT) van de European Medicines Agency (EMA). Het CAT geeft hierover binnen 60 dagen wetenschappelijk advies aan de Europese Commissie. Informatie over de classificatieprocedure van het EMA is te vinden op de website van het EMA. De classificatie van een product wordt bepaald op grond van de definities van ATMP’s in Verordening 1394/2007 en Richtlijn 2001/83 en de classificaties van het CAT.
Eisen die gesteld worden aan lichaamsmateriaal dat gebruikt wordt bij de bereiding van een ATMP omvatten:
- Lichaamsmateriaal moet voldoen aan de eisen van verkrijgen, doneren testen zoals is verwoord in de wet en regelgeving*
- Ten aanzien van traceerbaarheid van lichaamsmateriaal moet het lichaamsmateriaal voorzien van minimaal een donor identificatie sequence/code (DIS/DIC) (https://ec.europa.eu/health/sites/health/files/blood_tissues_organs/docs/sec_en.pdf en Eudralex Volume 4, Deel IV, paragraaf 6.37 (i)) en bij geregistreerde ATMP’s moet DIS/DIC op de buitenste verpakking staan (paragraaf 6.20 (x)).
- Lichaamsmateriaal dat afkomstig van een weefselinstelling met een erkenning voor verkrijgen, doneren, testen (in Nederland ‘in ontvangstnemen na verkrijgen’) in het EU compendium herkenbaar aan Procurement, Donation, Testing zie https://webgate.ec.europa.eu/eucoding/reports/te/index.xhtml
* Wet- en regelgeving Nederland: (https://wetten.overheid.nl/zoeken/zoekresultaat/rs/2,3,4/titel/lichaamsmateriaal/titelf/ )
Europese regelgeving:
(https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32006L0086&from=NL , https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32006L0017&from=NL)
De bereiding van een ATMP moet plaatsvinden volgens de principes van Good Manufacturing Practices zoals beschreven in de GMP voor ATMP (Eudralex, Volume 4, Deel IV, paragraaf 1.10) in de apotheek van een ziekenhuis of bij een farmaceutisch bedrijf.
- De Qualified Person van de fabrikant is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het product, voor het systeem van geneesmiddelenbewaking (farmacovigilantie), de traceerbaarheid en voor aflevering op artsenverklaring.
- Bij een aanvraag voor toestemming voor bereiding van een ATMP op grond van de hospital exemption moet de specifieke deskundigheid van de voor bereiding verantwoordelijke persoon worden aangetoond.
De IGJ beoordeelt voor iedere individuele aanvraag of de aanvraag voor toestemming voor bereiding van een ATMP op grond van een hospital exemption voldoet aan de wettelijke criteria. Daarbij wordt beoordeeld of het ATMP op bestelling, op recept gemaakt is voor een bepaalde patiënt. Zowel de productie van het ATMP als de toediening moet plaats vinden in dezelfde lidstaat (Nederland). Als er alternatieven met dezelfde of vergelijkbare werkzaamheid beschikbaar zijn (geregistreerde en/of ongeregistreerde geneesmiddelen) zal de hospital exemption aanvraag niet worden gehonoreerd. Tevens moet het product conform specifieke kwaliteitsnormen geproduceerd zijn (zie GMP voor ATMP, Volume 4, Deel IV, paragraaf 1.10). Wanneer het voor de aanvrager onduidelijk is of een hospital exemption van toepassing kan zijn, wordt geadviseerd om een vooroverleg met de IGJ aan te vragen.
De Geneesmiddelenwet geeft een aantal criteria voor het verlenen van een hospital exemption voor de bereiding van een ATMP. Zo moet het ATMP bereid zijn volgens recept en op bestelling gemaakt zijn voor een bepaalde patiënt. Een bereiding die wordt uitgevoerd voor maximaal 10 patiënten, geldt als ‘op bestelling gemaakt voor een bepaalde patiënt’. Het gebruik moet gebeuren onder de exclusieve professionele verantwoordelijkheid van een arts. Om aantoonbaar te maken dat aan deze eisen wordt voldaan mag de voor vrijgifte van het ATMP verantwoordelijke persoon, de zogenaamde Qualified Person, alleen afleveren wanneer hij beschikt over een recept en een ingevulde ‘Bijlage 1: Artsenverklaring voor een ATMP hospital exemption’.
Er kan alleen toestemming voor bereiding van een ATMP op grond van een hospital exemption worden verkregen voor ATMPs die zowel bereid als gebruikt worden in Nederland. Voor een ATMP dat geproduceerd is in een andere EU lidstaat, kan geen hospital exemption verleend worden in Nederland. Wanneer het lichaamsmateriaal dat gebruikt wordt voor het bereiden van de ATMP uit het buitenland komt als lichaamsmateriaal dat voldoet aan de eisen van de Wet kwaliteit en veiligheid lichaamsmateriaal (Wvkl) kan dat wel verder worden verwerkt tot ATMP.
Voor een aanvraag voor toestemming voor bereiding van een ATMP op grond van de hospital exemption beoordeelt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd of het ATMP op niet routinematige basis voor een behandeling wordt ingezet. Als richtlijn kunnen aanvragers aanhouden dat als niet routinematig wordt beschouwd:
- ATMP bereid uit autologe cellen;
- ATMP bereid uit niet-autologe cellen maar specifiek voor één patiënt;
- ATMP bereid op kleine schaal.
Volgens Verordening 1394/2007 moet de fabrikant/bereider van ATMP’s een systeem van geneesmiddelenbewaking (farmacovigilantie) en traceerbaarheid operabel hebben. Dit geldt ook voor ATMP’s bereid op grond van een hospital exemption. De aanvrager moet een product- en patiënttraceringssysteem hebben waarmee het mogelijk is de patiënt, het ATMP en de gebruikte grondstoffen en uitgangsmaterialen volledig te traceren voor ieder individueel ATMP. Dit systeem moet verenigbaar zijn met de traceerbaarheidseisen voor menselijke weefsels en cellen en de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het inzamelen, testen, bewerken, opslaan en distribueren van humaan bloed en humane bloedbestanddelen. De aanvrager moet ervoor zorgen dat gegevens gedurende 30 jaar worden bewaard. De bijwerkingen en ongewenste voorvallen moeten systematisch gevolgd worden. Onverwachte ernstige bijwerkingen en ernstige ongewenste voorvallen moeten direct bij de IGJ gemeld worden (meldpunt@igj.nl en (atmp@igj.nl). Tevens moet de aanvrager jaarlijks en na beëindiging van de behandeling een rapportage van bijwerkingen en ongewenste voorvallen bij de IGJ indienen (atmp@igj.nl).