Dit gaat goed in de complexe zorg aan EVB+-cliënten
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) ziet dat zorgaanbieders de zorg aan cliënten met een ernstig verstandelijke beperking en moeilijk verstaanbaar gedrag (EVB+-cliënten) steeds meer als 'complexe zorg’ ervaren. Zij zoeken naar de juiste randvoorwaarden om goede zorg voor deze groep cliënten te kunnen leveren. Tegelijkertijd ziet de inspectie dat sommige zorgaanbieders wél in staat zijn om goede zorg te leveren aan deze cliënten. De zorgverleners ervaren dit dan ook minder als complexe zorg.
Voor de cliënten kunnen de gevolgen van goede of minder goede zorg groot zijn. Soms moeten cliënten meerdere malen verhuizen. Of wordt vaker onvrijwillige zorg toegepast bij EVB+-cliënten. Dit alles kan bijdragen aan de onrust van cliënten, en hun gevoel van onveiligheid.
Daarom wil de inspectie bijdragen aan het verspreiden van goede voorbeelden en het gesprek hierover in zorgorganisaties stimuleren: wat werkt voor deze groep cliënten én hun zorgverleners?
De inspectie bracht in 2021 en 2022 12 bezoeken aan zorgaanbieders die zorg bieden aan cliënten met een ernstige verstandelijke beperking en moeilijk verstaanbaar gedrag. Deze cliënten hebben een IQ tussen de 20 en 35, een ontwikkelingsleeftijd tussen 2 en 4 jaar en een zorgindicatie VG07. Hierdoor beschikken zij over zeer beperkte verstandelijke vermogens. Zij kunnen hun behoeften aan zorg heel moeilijk verbaal uiten en hun gedrag is ‘moeilijk verstaanbaar’.
Welke belangrijke factoren ziet de inspectie bij de bezoeken?
Iedereen heeft een veilige, prettige en stabiele werk- of leefomgeving nodig: of u nu cliënt, zorgverlener of bestuurder bent. Op de plekken waar de inspectie mooie voorbeelden tegen kwam, ziet en hoort zij dat er oprechte aandacht is voor elkaar en voor de omgeving. En dat ernaar gehandeld wordt: de kennis en inzichten die voortkomen uit de oprechte aandacht, worden benut.
Zo ontstaat onderling vertrouwen en krijgen nieuwe en gedurfde initiatieven een kans. En juist daarin zit voor cliënten kwaliteit van leven, en voor zorgverleners en bestuurders eer en voldoening van hun werk. Onder deze omstandigheden blijven zorgverleners langer in dienst waardoor stabiele teams (blijven) ontstaan. Uiteraard ziet de inspectie ook dat het door de huidige tekorten aan personeel een extra grote uitdaging is om goede zorg te verlenen, met ruimte voor nieuwe initiatieven.
Voorbeelden van complexe zorg: welke herkent u, welke zijn voor u inspirerend?
Meer positieve elementen die de inspectie zag in haar bezoeken staan hieronder, op deze pagina. U kunt klikken op de plusjes in de afbeelding voor voorbeelden, stellingen óf een vraag die stemt tot nadenken hierover. De voorbeelden zijn ingedeeld in de thema’s uit het Toetsingskader voor de gehandicaptenzorg.
Met deze informatie wil de inspectie u ook inspireren over hoe zorgaanbieders werken met deze cliënten. De voorbeelden die de inspectie noemt, zijn niet bedoeld als norm.
Wellicht passen sommige voorbeelden ook bij uw organisatie? De inspectie hoopt dan ook dat u de tijd neemt om de voorbeelden te bekijken en erover in gesprek te gaan met uw collega’s en cliëntvertegenwoordigers. Om bij te dragen aan dit gesprek, maakte de inspectie een poster: Complexe zorg aan EVB+-cliënten - Leer jij van wat goed gaat? Hangt u de poster ook op uw werkplek?
Welke positieve elementen zag de inspectie in haar bezoeken?
Thema Persoonsgerichte zorg
Zorgverleners kennen de cliënten goed. Zij weten wat hun wensen zijn en geven daar uitvoering aan. Zorgverleners maken juist bij deze cliënten de vertaling van het gedrag naar onderliggende wensen en zorgbehoeften. Er is geen noodzaak tot en geen sprake van insluiting in de eigen kamer. De leefomgeving zoals de eigen kamer en de gezamenlijke ruimten, zijn naar de wensen van de cliënten ingericht. Slaap- en woonkamers zijn zó ingericht dat de cliënten een eigen plek hebben waar zij zich veilig en geborgen voelen. Hierbij gebruiken zorgaanbieders verschillende elementen om de zintuigen te prikkelen zoals licht, geluid en geuren. Daarnaast krijgen cliënten positieve aandacht, via een zinvolle daginvulling. Zij geven invulling aan een maatschappelijke taak, zoals ramen zemen en oud papier of lege flessen van buurtbewoner ophalen in de wijk. Ook verzamelen cliënten oude groenten voor de dieren van de kinderboerderij. Cliëntvertegenwoordigers zijn bij de zorg betrokken en voelen zich gehoord en tevreden.
Thema Deskundige zorgverlener
Welke positieve elementen zag de inspectie in haar bezoeken? Zorgverleners kiezen bewust om met EVB+ cliënten te werken. Zij halen hun motivatie en werkplezier uit de puzzel die zij leggen om erachter te komen wat de client nodig heeft. Zorgverleners vertellen: ‘Als je begrijpt waarom een cliënt doet zoals hij doet, je aan zijn wensen en behoeften kunt voldoen’. Hierbij ondersteunen meerdere disciplines een stabiel team, waaronder behandelaren en specialisten. Zij komen gevraagd en ongevraagd op de woning om te zien hoe het gaat. Eventuele flexwerkers nemen deel aan teamvergadering en opleidingen. Zij werken langdurig op de groep mee en kennen de cliënten ook goed. Zorgverleners zijn geschoold in een methode die aansluit bij de zorg voor EVB+ cliënten. Ook zijn trainingen en scholingen naar wens van de zorgverleners, en passend bij de clientondersteuning. Daarnaast volgen zorgverleners trainingen zoals gebarentaal of aromatherapie. Zorgverleners krijgen de ruimte om zich te ontwikkelen. De organisatie zorgt voor doorgroeimogelijkheden en/of versterking van de competenties. Zorgverleners kunnen de dienstroosters, binnen kaders, zelf aanpassen of diensten ruilen.
Thema Sturen op Kwaliteit en veiligheid
Welke positieve elementen zag de inspectie in haar bezoeken? Er is een stabiel team met duidelijke samenhang in visie op werkvloer. Het management en het bestuur geven het team de ruimte voor een out of the box invulling van de zorg. De bestuurder creëert en faciliteert de randvoorwaarden om uitvoering te geven aan de zorg. Naast scholingen vanuit een duidelijke zorgvisie, zorgt de organisatie ook goed voor de fysieke omgeving. Bijvoorbeeld voor materialen, ontspanningsruimten en comfortabele (huis)kamers. Zorgverleners krijgen aandacht van het management en voelen zich gezien en gehoord. Op deze manier hebben de zorgverleners energie om ook aandacht te geven aan de cliënten en hun vertegenwoordigers. Er is een cultuur van leren en verbeteren die de eigen woning overstijgt. Dat wil zeggen dat teams, managers en disciplines leren van elkaar, van andere afdelingen en zelfs van andere zorgorganisaties.
Hoe nu verder?
In 2023 gaat de inspectie door met bezoeken aan zorgaanbieders die complexe zorg verlenen. Daarnaast is in september 2022 een wetenschappelijk onderzoek gestart door de Erasmus School of Health Policy & Management. Dit onderzoek loopt tot november 2023. De resultaten hiervan deelt de inspectie naderhand. Onderzoekers geven antwoord op de vraag: hoe komt het dat de zorg aan EVB+ cliënten bij zorgaanbieders goed gaat? En hoe lukt het deze zorgaanbieders om de randvoorwaarden voor deze zorg te creëren en te borgen?
Op 5 december 2023 verscheen het onderzoeksrapport:
Hoe het lukt- Goede zorg voor mensen met moeilijk verstaanbaar gedrag.
Een onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam, in opdracht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), uitgevoerd door onderzoekers van Erasmus School of Health Policy & Management (ESHPM).
Methode: uitgaan van wat goed gaat
De inspectie vindt het belangrijk om via haar toezicht de kwaliteit van zorg voor de meest kwetsbare cliënten in beeld te hebben. Bij de bezoeken gericht op de complexe zorg is gekozen voor de benadering Safety-II. Deze methode legt de nadruk op dat wat goed gaat. Hiermee wil de inspectie zorgaanbieders stimuleren om meer inzicht te krijgen in wat goed gaat en wat werkt.Onderdeel van de Safety-II benadering is dat het in complexe situaties betekenisvoller is om te leren van situaties waarin processen goed verlopen. Dit in tegenstelling tot Safety-I, waar ervan uitgegaan wordt dat het analyseren van fouten inzicht biedt in de noodzakelijke oplossingen.
Inspecteurs bezochten ter oriëntatie twaalf zorgaanbieders die zorg leveren aan EVB+ cliënten aan de hand van het toetsingskader voor de gehandicaptenzorg. De selectie van deze zorgaanbieders was als volgt:
- Na een eerder afgelegd positief inspectiebezoek bij zorgaanbieders met EVB+ cliënten. Bij deze zorgaanbieders zag de IGJ goede voorbeelden zonder daar specifiek naar op zoek te zijn.
- Sommige zorgaanbieders waren betrokken bij een eerder onderzoek in opdracht van het ministerie van VWS en de NZa naar complexe zorg. Zij stonden ervoor open om benaderd te worden voor een bezoek van de IGJ.
Inspectierapporten complexe zorg
- Rapport Stichting Cordaan Groep, Amsterdam
- Rapport De Zijlen Locatie De Fender, Tolbert
- Rapport Stichting Alliade Talant, Ieleane 16 Stiens
- Rapport Stichting 's Heeren Loo Zorggroep Perenhout 3B en Perenhout 5-6, Julianadorp
- Rapport Stichting S&L Zorg, Zorgwijk Sterrebos,Onyxdijk 185 c-d en 193 a-b, Roosendaal
- Rapport Stichting Amarant Spijkerstraat 5 a-b, Tilburg
- Rapport Stichting ASVZ Zeeldraaier 13, Sliedrecht
- Rapport Stichting Frion Commissarislaan 35 3-4, Zwolle
- Rapport Stichting Ons Tweede Thuis IJweg 1128 G-H, Hoofddorp
- Rapport Stichting Triade-Vitree, Ankerpad 4, Espel
- Rapport Stichting Tragel Sterredreef 58, Clinge
- Rapport Stichting Ipse de Bruggen locatie Rottumeroog