Infectiepreventie in gehandicaptenzorg nog steeds niet in orde
Het voorkomen dat ziekteverwekkers zich verspreiden in de gehandicaptenzorg is nog steeds niet in orde. In 2023 stond het nog in de kinderschoenen, in 2025 is het niet veel beter. Er is veel meer aandacht nodig voor hygiëne. Niet alleen om voorbereid te zijn op een pandemie, maar altijd.
Dat schrijft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) na bezoeken in een steekproef van 10 grotere instellingen in de gehandicaptenzorg. Vooral instellingen waar de bewoners kwetsbaar zijn, veel lichamelijke verzorging krijgen en dicht op elkaar wonen.
Handhygiëne moet beter
Bij 4 van de 10 instellingen dragen de medewerkers armbanden, horloges en ringen. Dan kunnen zij hun handen lastig schoon houden en kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijk verspreiden. Ook kunnen medewerkers hun handen niet wassen of desinfecteren op de plek waar dat nodig is, zoals na het verzorgen in de kamer van een bewoner.
Te weinig kennis over hygiëne
Medewerkers hebben te weinig kennis over hygiëne. Enkele voorbeelden:
- Medewerkers gebruiken te lang en te vaak handschoenen. Dat moet wel als ze iemand helpen op de wc, maar niet bij het verplaatsen van een bewoner in een rolstoel.
- Ze kennen onvoldoende het onderscheid tussen schoonmaken en desinfecteren. Meestal is alleen schoonmaken genoeg. Maar als desinfecteren wel nodig is, zijn vaak niet de juiste middelen aanwezig.
- Steriele medische hulpmiddelen zijn niet goed afgesloten opgeslagen, soms zelfs samen met aardappelen en andere voorraden.
- Er is te weinig controle op de temperatuur van de medicijnkoelkast. En bij het openen van medicijnen wordt de datum niet altijd genoteerd, zodat de medicijnen ongemerkt over datum kunnen raken.
Meer aandacht nodig
De inspectie beveelt aan dat zorgaanbieders een ‘audit’ of evaluatie laten uitvoeren over hun activiteiten om infectieziekten te voorkomen. Van de 10 bezochte instellingen hadden dat er maar 4 gedaan (1 instelling heeft wel het plan dat dit jaar te doen).
Verder pleit de inspectie voor meer scholing, duidelijke werkinstructies, inkoop van de juiste desinfectiemiddelen en het inwinnen van deskundig advies.
Het ministerie van VWS betaalde de afgelopen jaren een ondersteuningsprogramma van Vilans en maakte geld vrij voor het evalueren van het preventiebeleid. Dat was een begin. De komende jaren blijft volgens de inspectie ondersteuning nodig.