Zorgverleners mogen medicijnen voorschrijven na contact met de patiënt via internet, maar hiervoor gelden strenge voorwaarden. Er is een wetsvoorstel in voorbereiding om deze voorwaarden aan te passen aan de hedendaagse ontwikkelingen. Totdat de wet is aangepast, geldt een beleidsregel. Hierdoor is voorschrijven via internet nu ook al mogelijk zonder dat de voorschrijver de patiënt eerst fysiek heeft ontmoet.
Strenge voorwaarden
Ook onder de beleidsregel gelden strenge voorwaarden voor het voorschrijven via internet. Er mag geen fysiek onderzoek nodig zijn bij de patiënt en de voorschrijver moet beschikken over de actuele medicatiegegevens van de patiënt. Meer hierover leest u in de beleidsregel die geldt totdat de wet wordt aangepast.
Wat betekent dit voor ons toezicht?
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) volgt uiteraard de beleidsregel van de minister van VWS bij haar toezicht. Daarbij letten we goed op de voorwaarden in de beleidsregel.
De beleidsregel is op 11 april 2023 in werking getreden.
De beleidsregel geldt zolang het huidige artikel 67 Geneesmiddelenwet van kracht is. Als artikel 67 wordt aangepast, dan wordt dat ook hier bekendgemaakt.
De beleidsregel heeft betrekking op: het voorschrijven van een geneesmiddel tijdens of na een consult via internet, terwijl de voorschrijver de patiënt aan wie hij dat geneesmiddel voorschrijft nog nooit persoonlijk heeft ontmoet.
De oude gedoogmaatregel van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd maakte het mogelijk om tijdens of na een videoconsult medicatie voor te schrijven. De voorschrijver moest daartoe aan een aantal door de inspectie geformuleerde voorwaarden voldoen.
De nieuwe beleidsregel specificeert niet op welke manier het consult met de patiënt via internet verloopt, het kan gaan om video, audio (bellen) of tekstberichten. De nieuwe beleidsregel stelt ook iets andere voorwaarden dan in de oude gedoogmaatregel. Wat verantwoord is hangt af van de omstandigheden en is ter beoordeling aan de voorschrijver op grond van de professionele kennis en normen.
De voorschrijver moet beschikken over de actuele medicatiegegevens van de patiënt en moet de medicatiegegevens voor zover nodig raadplegen. Als het voor goede zorg noodzakelijk is dat de voorschrijver de patiënt fysiek onderzoekt of ziet dan mag voor het voorschrijven van een geneesmiddel niet worden volstaan met een consult via internet. De voorschrijver mag geen onnodige risico’s nemen. De voorschrijver kan zich eventueel wel baseren op onderzoek van de patiënt door een andere zorgverlener.
De voorschrijver moet altijd goede zorg verlenen. Dat betekent dat hij zich ook moet houden aan de normen die gelden op grond van wetten zoals de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz), de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo; boek 7, titel 7, afdeling 5 van het Burgerlijk Wetboek).
Regulier bellen, zonder internetverbinding, valt niet onder de reikwijdte van artikel 67 Geneesmiddelenwet en dus ook niet onder de reikwijdte van deze beleidsregel. Voor het voorschrijven van een geneesmiddel tijdens of na een regulier telefonisch consult, terwijl de voorschrijver de patiënt aan wie hij voorschrijft nog nooit persoonlijk heeft ontmoet, gelden vergelijkbare voorwaarden. Dat wil zeggen dat het alleen mag als fysiek onderzoek niet nodig is en de voorschrijver over de actuele medicatiegegevens beschikt. Te denken valt aan een telefonisch consult met de vervanger van een huisarts of medisch specialist, of met de waarnemer van de huisarts op de huisartsenpost.