Beeld: ©IGJ

Seksueel grensoverschrijdend gedrag door zorgverleners: meer dan een incident

Seksueel grensoverschrijdend gedrag komt ook in de zorg voor. Tussen collega’s onderling maar ook van zorgverleners naar cliënten. Het aantal meldingen van cliënten en zorgaanbieders over (vermoedens van) seksueel grensoverschrijdend gedrag dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) ontvangt steeg de laatste jaren fors. De inspectie onderzocht de meldingen uit 2023 en geeft hier in deze publicatie inzicht in. Ook delen we voorbeelden van wat zorgprofessionals doen om seksueel grensoverschrijdend gedrag te voorkomen. 

Leeswijzer: cliënt betekent in deze tekst ook patiënt, jongere of kind. Zorgverlener betekent ook hulpverlener. Of iemand die in dienst of opdracht van een zorgaanbieder werkt.

Meer aandacht nodig voor een veilige zorgrelatie

Iemand die zorg nodig heeft is altijd afhankelijk van een zorgverlener. Gelukkig gaat de meerderheid van de zorgverleners in een zorgrelatie professioneel om met deze ongelijkheid. Maar de omvang en de inhoud van de meldingen bij de inspectie laten zien dat een veilige zorgrelatie niet altijd vanzelfsprekend is. Seksueel grensoverschrijdend gedrag door een zorgverlener is helaas geen uitzondering. Meer aandacht voor een veilige zorgrelatie is nodig om seksueel grensoverschrijdend gedrag te voorkomen. 

De inspectie ziet dat aandacht besteden aan dit onderwerp effect heeft. Wij zien dat zorgaanbieders die werken aan bewustwording en preventie van seksueel grensoverschrijdend gedrag, beter in staat zijn om het te herkennen en te signaleren. Waardoor zorgaanbieders en zorgverleners dit gedrag eerder ontdekken. Medewerkers van zulke zorgaanbieders reageren sneller als grenzen vervagen en bij vermoedens van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Waardoor zij in sommige gevallen kunnen ingrijpen vóórdat grenzen zijn overschreden. Door de aandacht voor dit onderwerp gaan cliënten ook meer melden.

Het is belangrijk dat zorgprofessionals het probleem van seksueel grensoverschrijdend gedrag in de zorgrelatie (h)erkennen. De inspectie vindt dat het voorkomen van seksueel grensoverschrijdend gedrag in de zorg een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van zorgbestuurders en zorgverleners. Iedere medewerker kan hier binnen diens de eigen werkomgeving aan bijdragen.

Hoe zorg je voor een veilige zorgrelatie? De IGJ-brochure Het mag niet, het mag nooit geeft informatie voor zorgaanbieders en zorgverleners. De Leidraad Veilige zorgrelatie helpt om beleid te maken als basis voor het gewenste gedrag. 

Verlaag drempels om te melden voor cliënten

Wat er in een zorgrelatie gebeurt, gebeurt meestal buiten het zicht van anderen. Cliënten die seksueel grensoverschrijdend gedrag door een zorgverlener meemaken, vinden het moeilijk om erover te vertellen. Zij ervaren schaamte en schuldgevoelens én ze zijn afhankelijk van de zorg en de zorgverlener. Meestal zijn er geen getuigen en daarom zijn cliënten soms bang dat anderen hen niet geloven. Cliënten die er wél over willen praten of het willen melden weten niet altijd met wie ze hun situatie kunnen bespreken. Het is belangrijk dat cliënten weten wat ze kunnen doen en ondersteund worden bij het vinden van de juiste hulp. 

De inspectie vraagt zorgaanbieders om te onderzoeken welke drempels om te melden cliënten ervaren. En om deze zoveel mogelijk weg te nemen.

Aantal meldingen en signalen fors gestegen

Zorgaanbieders zijn verplicht om ‘geweld in de zorgrelatie’ te melden bij de inspectie. Hieronder valt ook seksueel grensoverschrijdend gedrag van zorgverleners naar cliënten. Het aantal meldingen dat de inspectie over (vermoedens van) seksueel grensoverschrijdend gedrag door zorgverleners ontving steeg in de afgelopen vier jaar fors: van 130 meldingen in 2020 naar 330 in 2023. Dit zijn officiële meldingen van zorgaanbieders, zorgverleners én cliënten.
 

Beeld: ©IGJ

Ook het aantal contacten van het Landelijk Meldpunt Zorg van de inspectie met cliënten, naasten en betrokkenen over seksueel grensoverschrijdend gedrag steeg. Van 60 in 2021 naar 130 in 2023. Sommige contacten leiden tot een officiële melding bij de inspectie. Deze zijn meegeteld in het aantal meldingen hierboven. In andere gevallen wilde de persoon die contact zocht advies, of alleen vertellen wat er was gebeurd.

Meer informatie over het aantal meldingen, de kenmerken van de zorgverleners en de cliënten en signalen staat op Cijfers meldingen seksueel grensoverschrijdend gedrag. Meer informatie over wanneer zorgaanbieders verplicht zijn te melden staat op Geweld in de zorgrelatie.

Niet in alle sectoren een toename

De huidige cijfers laten zien dat de sterke toename van het aantal meldingen niet voor alle sectoren geldt. Dit kan betekenen dat er in sommige sectoren minder risico’s zijn. Omdat daar bijvoorbeeld vaker een veilige cultuur is en aandacht voor het creëren en behouden van een veilige zorgrelatie. Dan wordt er eerder gemeld. Het kan ook te maken hebben met juist een minder veilige cultuur of (te) hoge drempels om ongewenst gedrag te melden. 

Wat valt op? In vergelijking met de andere zorgsectoren ontvingen wij in 2023 meer meldingen via ons Landelijk Meldpunt Zorg over de eerstelijnszorg (huisartsen, fysiotherapeuten, tandartsen en apothekers), dan via de verplichte meldingen door zorgaanbieders.

Toename op zichzelf niet verontrustend

Betekent de stijging van het aantal meldingen dat seksueel grensoverschrijdend gedrag door zorgverleners nu vaker voorkomt? Dat is niet zeker. Binnen de zorg is er tegenwoordig meer aandacht voor dit thema. Waardoor zorgaanbieders, zorgverleners en cliënten dit gedrag eerder (h)erkennen, de gevolgen kennen en het vaker melden. Zodat het nu misschien niet vaker voorkomt maar wel veel meer zichtbaar is.

Vorm van seksueel grensoverschrijdend gedrag verschilt

Seksueel grensoverschrijdend gedrag door zorgverleners tegenover cliënten komt in allerlei vormen voor. Dat blijkt uit de meldingen die de inspectie ontvangt. Soms overschrijdt een zorgverlener onbewust en onbedoeld de grenzen van een cliënt. Soms maakt een zorgverlener seksueel getinte opmerkingen. Maar vaker wordt gemeld over gedragingen zoals ongewenste aanrakingen, seksueel getinte berichten, onnodig lichamelijk onderzoek, (on)gewenst seksueel contact of zelfs verkrachting. 
    
De gevolgen hiervan zijn vaak ernstig. Natuurlijk in de eerste plaats voor de cliënt. Maar ook voor andere betrokkenen zoals naasten van de cliënt, collega’s van de zorgverlener én de zorgverlener zelf. Ook heeft het gevolgen voor het vertrouwen in de zorg en in zorgverleners. De situaties van de personen in de afbeelding hieronder zijn niet echt, maar lijken op veelvoorkomende situaties uit meldingen die de inspectie ontving. Let op: deze ervaringen kunnen werken als trigger.

Klik in de afbeelding op de blauwe bolletjes met een + om de ervaringen van de personen te lezen. Bij tablet of telefoon zijn het blauwe bolletjes met een cijfer en staan de teksten onder de afbeelding. 

Uitleg van de nummers in de afbeelding

Cliënt:

"Mijn arts vroeg mij mijn bh uit te doen. Dat leek mij voor mijn buikpijnklacht niet nodig, maar ik durfde niets te zeggen. Mijn arts heeft er tenslotte voor gestudeerd. Tijdens een volgende afspraak droeg hij geen handschoenen tijdens een vaginaal onderzoek. Ik voelde me zo vies en kwetsbaar. Ik heb het nooit aan iemand durven te vertellen."

Cliënt:

"Mijn zorgverlener verleidde mij tijdens de behandeling om met hem te zoenen. Daarna dwong hij mij tot orale seks. Sindsdien vertrouw ik zorgverleners niet meer. Ik schaam me en ben zo boos: hoe kan iemand waar je heen gaat voor zorg, zo misbruik van je maken?! Ik durf ook niet meer naar mijn huisarts te gaan, ook al heb ik al heel lang erge buikpijn. Maar mijn huisarts is ook een man en daar wil ik niet meer alleen mee in een ruimte zijn."

Collega:

"Mijn collega heeft seksueel contact gehad met een cliënt. Achteraf gezien had ik al wel mijn vermoedens. Ik zag eerst dat het mentaal niet goed ging met hem. Daarna zag ik hem afglijden in de behandelrelatie met deze cliënt. Er waren wel subtiele signalen zoals de extra tijd die hij aan deze cliënt besteedde, maar ik wilde hem niet vals beschuldigen.

Ik baal er nu zo van dat ik het nergens heb besproken. De cliënt is enorm beschadigd, terwijl ze bij ons werd opgenomen vanwege psychische klachten."

Zorgverlener:

"Ik ben verliefd geworden op een cliënt en heb hem een week na zijn laatste behandeling mee uitgevraagd. Dit leidde later tot seks. Ik dacht dat het mocht omdat hij niet meer bij mij onder behandeling was. Maar een collega zag ons hand in hand lopen en heeft dat bij mijn werkgever gemeld. Toen ben ik ontslagen en nu moet ik me voor een Tuchtcollege verantwoorden. Een totale nachtmerrie voor mijn carrière en privéleven."

Beeld: ©IGJ

Wat weten wij over de betrokken zorgverleners?

In de meldingen die de inspectie ontvangt over de zorg aan cliënten, staan gegevens over de zorgverleners die betrokken zijn bij (vermoedens van) seksueel grensoverschrijdend gedrag. De meest opvallende informatie: 

Een divers beeld qua beroepen 

In 2023 ontving de inspectie meldingen over verschillende disciplines en sectoren. De inspectie ontving de meeste meldingen over 1) begeleiders, 2) verpleegkundigen, 3) fysiotherapeuten en 4) artsen. Over stagiaires en leerlingen ontving de inspectie in 2023 in verhouding ook veel meldingen. 

Ook BIG-geregistreerde zorgverleners 

In de zorg werken zorgverleners die geregistreerd staan in het BIG-register, zoals verpleegkundigen, artsen, fysiotherapeuten, tandartsen en psychotherapeuten. In de jeugdzorg is er het register van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd (SKJ). Niet alle zorgverleners staan in deze registers. Voorbeelden hiervan zijn: basispsychologen, diëtisten en begeleiders. Van de 1,3 miljoen zorgverleners in Nederland, staat ruim een kwart geregistreerd in het BIG-register. 

In de meldingen zien we dat 37% van de betrokken zorgverleners een BIG-registratie heeft en 63% niet BIG-geregistreerd is. Als de zorgverlener niet BIG- of SKJ-geregistreerd is, kan de inspectie geen tuchtklacht indienen. In dat geval kan de inspectie wél op een andere manier ingrijpen. De cliënt of de zorgaanbieder kan in bepaalde situaties aangifte doen.

Beeld: ©IGJ

Meestal geen eerdere meldingen

In 93% van de meldingen in 2023 was de betrokken zorgverlener iemand over wie voor het eerst een melding binnenkwam. Over 7% van de zorgverleners ontving de inspectie al eerder meldingen of was er een tuchtuitspraak over seksueel grensoverschrijdend gedrag. Deze cijfers gaan niet over jeugdigen.

Meestal misdraging richting één cliënt

In 94% van de meldingen richtte het seksueel grensoverschrijdend gedrag zich op één cliënt. Van 6% van de zorgverleners is bekend dat het seksueel grensoverschrijdende gedrag zich bij meer dan één cliënt had voorgedaan. Deze zorgverleners waren op 2 zorgverleners na man. Deze cijfers gaan niet over jeugdigen.

Het gaat vaker om mannelijke zorgverleners

3 op de 4  betrokken zorgverleners is een man en 1 op de 4 is vrouw. De meldingen in de geestelijke gezondheidszorg gaan in vergelijking met andere zorgsectoren vaker over vrouwelijke zorgverleners: 43% van de meldingen.

Beeld: ©IGJ

Het gaat om zorgverleners van alle leeftijden

In 2023 ontvingen we meldingen over zorgverleners in alle leeftijdscategorieën. De vrouwelijke zorgverleners waarover is gemeld zijn in vergelijking met de mannelijke zorgverleners jonger. Deze cijfers gaan niet over jeugdigen.

Beeld: ©IGJ

Wat valt op?

  • 67% van de vrouwelijke zorgverleners is onder de 40 jaar. Van de mannelijke zorgverleners is dat 39%.
  • 43% van de mannelijke zorgverleners is boven de 50 jaar oud. Terwijl maar 19% van de vrouwelijke zorgverleners ouder dan 50 jaar is.

Wat weten wij over de betrokken cliënten?

De meldingen die de inspectie ontvangt over grensoverschrijdend gedrag in de zorg, bevatten ook gegevens over de cliënten die slachtoffer zijn. De meest opvallende informatie:

Het gaat vaker om jonge, vrouwelijke slachtoffers

In de eerstelijnszorg, geestelijke gezondheidszorg, zorg aan justitiabelen, medisch specialistische zorg, gehandicaptenzorg en de verpleeghuiszorg en wijkverpleging ontvangt de inspectie meldingen over cliënten in alle leeftijdscategorieën. Bij 3 van de 4 meldingen is de cliënt vrouw en 1 van de 4 is man. In een derde van de meldingen gaat het over vrouwelijke slachtoffers tussen de 18 en de 40 jaar. 

In de meldingen over de jeugdhulp is twee derde van de kinderen en jongvolwassenen vrouwelijk. De leeftijden van deze slachtoffers liggen tussen de 10 en 21 jaar.

Wanneer melden cliënten?

Wij ontvangen driekwart van de meldingen binnen een half jaar na de gebeurtenis. Maar soms komt een melding pas later: 10% meldt tussen 6 maanden tot 1 jaar. En 15% van hen doet de melding langer dan 1 jaar na de gebeurtenis(sen).

Beeld: ©IGJ

Hoe werken zorgprofessionals aan een veilige zorgrelatie?

Veel zorgaanbieders, zorgverleners en beroepsverenigingen in de zorg hebben seksueel grensoverschrijdend gedrag op de (bestuurs)agenda staan. Dat is een belangrijke eerste stap. Maar het vervolg is niet altijd makkelijk. Hoe ga je actief en effectief aan de slag met bewustwording en preventie? De inspectie stelde deze vraag aan allerlei zorgprofessionals. 

Met deze praktijkvoorbeelden willen we zorgprofessionals inspireren om ook aan de slag te gaan:

Samen werken aan een veilige zorgrelatie

Klik in de afbeelding op de blauwe bolletjes met een + om de ervaringen van de personen te lezen. Bij tablet of telefoon zijn het blauwe bolletjes met een cijfer en staan de teksten onder de afbeelding. 
 

Uitleg van de nummers in de afbeelding

Verpleegkundige:

“Wij delen ins ons team onze ervaringen met grensoverschrijdend gedrag van collega’s en cliënten. Dan denken we er ook over na of wij zélf wel eens afgleden. We bespreken bijvoorbeeld (te) positieve gevoelens voor cliënten en het grijze gebied waarover je twijfelt waar de grens ligt. We durven open te spreken over de momenten van twijfel in de veiligheid van ons team. Daardoor ontstaat vaak een open en goed gesprek.”

Kwaliteitsfunctionaris:

“De veilige zorgrelatie koppelen wij aan de thema’s integriteit en professionaliteit. Want als je bewust omgaat met professionaliteit kan dat grensoverschrijdend gedrag voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan vriendschappelijke appjes. Dit hoeft niet altijd al seksueel grensoverschrijdend te zijn, maar het kan wel de veilige zorgrelatie en zorgverlening in de weg staan. Dat we hierover praten voorkomt een eventuele ‘glijdende schaal’. We ontwikkelen hiervoor ook een e-learning.”

Docenten:

“Online professionaliteit is een onderdeel van ons curriculum. Want voorkomen is beter dan genezen. Zeker in een tijd waarin digitale zorg steeds meer via beeldbellen of sociale media verleend wordt. Het is belangrijk om hierin de professionele grens te bewaken."

"Als opleiding richten wij ons op de praktijkopleiders. Met hen voeren we het gesprek hierover, zodat zij dit onderwerp bespreekbaar maken en de kennis erover delen.”

Beroepsverenigingen:

“Wij hebben een handreiking voor zorgaanbieders gemaakt. Die helpt hen om hun eigen beleid te evalueren en bij te werken als dat nodig is. Het doel hiervan is om handelingsverlegenheid op het complexe terrein van seksualiteit en seksueel misbruik te overwinnen. Het biedt handvatten voor managers om hun seksualiteitsbeleid te ontwikkelen, te implementeren en levend te houden. Het bevat ook informatie over hoe te handelen bij (een vermoeden van) seksueel misbruik. Wij herijken ook ons beleid voor het sturen op voorkomen van seksueel misbruik."

"Wij pasten onze beroepscode aan, plaatsten een statement op onze website en publiceerden artikelen in ons vakblad. Juist de preventie van seksueel grensoverschrijdend gedrag heeft voortaan een expliciete plek in de opleiding. We ontwikkelen nu een brochure om cliënten voor te lichten over wat er wel en niet thuishoort in de zorgrelatie.”

Zorgbestuurders:

“Je bent geneigd te denken ‘dat overkomt ons niet.’ Maar de praktijk wijst anders uit. Met de campagne ‘De veilige zorgrelatie’ richten wij ons op het gezamenlijke doel: het beschermen van cliënten door het borgen van een veilige zorgrelatie. Daar is niemand op tegen en zo krijgen we collega’s aan boord."

"Wij zijn gestart met een moreel beraad waarin we moeilijke onderwerpen durven te bespreken. Bijvoorbeeld verliefdheid van een zorgverlener op een cliënt.”

Groepsleider:

“Onze consulenten seksualiteit helpen ons bij het voorkomen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Zij dragen op enthousiaste wijze uit dat het belangrijk is om seksualiteit van de cliënten goed in beeld te hebben. En op onze doelgroep toegespitste werkboeken verlagen de drempel om met cliënten te praten over de prettige en minder prettige kanten van seksualiteit.”

Begeleider:

“Bij ons geven ervaringsdeskundigen van een cliëntenorganisatie workshops over seksueel grensoverschrijdend gedrag.”

Ervaringsdeskundige:

“Ik zit als ervaringsdeskundige in de onderzoekscommissie voor meldingen over (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Mijn eigen melding over seksueel grensoverschrijdend gedrag door een zorgverlener is destijds niet goed verlopen. Dat wil ik verbeteren. Ik maak mij sterk voor de positie van de cliënten.”

Beeld: ©IGJ

Meer inspiratie opdoen?

Wat doet de inspectie?

De inspectie ziet dat bepaalde zorgsectoren en -aanbieders duidelijk aandacht besteden aan het creëren van een veilige zorgrelatie tussen de zorgverleners en hun cliënten. Anderen zoeken nog. Hen wil de inspectie stimuleren om ook te werken aan bewustwording, preventie en interventie. Dat doet de inspectie door aandacht te blijven vragen voor dit onderwerp in contacten met zorgaanbieders, bestuurders, zorgverleners, opleidingen, branche- en beroepsverenigingen. 

Vanwege de omvang van het probleem en de ernstige gevolgen voor de betrokkenen willen wij iedereen in de zorg stimuleren om als sector in actie te komen en van elkaar te leren.

Tegelijkertijd blijft de inspectie het handelen beoordelen van zorgverleners waarover een melding binnenkomt. Waar mogelijk en nodig grijpen wij in. Als wij een melding ontvangen, stimuleren wij zorgaanbieders om te reflecteren op de veilige zorgrelatie.